Positieve invloed praktijkopdrachten, gastlessen en excursies bij keuze voor techniek

Uit onderzoek gedaan door Jet-Net blijkt dat praktijkopdrachten, gastlessen en excursies een grote correlatie hebben met de keuze voor techniek. Leerlingen die daadwerkelijk meer in aanraking komen met deze praktijklessen kiezen vaker voor techniek en zijn er ook positiever over. Daarnaast hebben ze ook nog eens meer zelfvertrouwen in deze vakken en hebben ze ook het idee dat ze het beter kunnen. ‘Het betekent voor mkb-maakbedrijven dat hun inzet op het gebied van gastlessen, praktijkleren en excursies in bedrijven écht effect hebben op de instroom’, concludeert Marianne van Loenhout, beleidsmedewerker Onderwijs bij Koninklijke Metaalunie. ‘Het is dus heel belangrijk voor hun bedrijf en de sector om dit vooral te blijven doen.’

Jet-Net is een landelijk netwerk waarbinnen bedrijven en scholen samenwerken om jongeren in het onderwijs zelf de wereld van techniek te laten ervaren. Onderzocht werd onder 1000 middelbare scholieren in welke situaties ze juist wel kiezen voor een technisch profiel en waarom juist niet. De belangrijkste eye-opener van het onderzoek is dat er veel meer factoren van invloed zijn dan alleen een natuurlijke aanleg voor de bètavakken. Beeldvorming speelt daarbij een belangrijke rol. Er liggen veel kansen in het verhelderen van het beeld dat leerlingen van techniek hebben. Leerlingen die niet voor een technisch profiel kiezen hebben minder vaak het idee dat ze met een technisch profiel iets kunnen bijdragen aan de maatschappij. Toch blijkt uit het onderzoek dat ruim de helft dat wel belangrijk vindt. Bovendien denken deze leerlingen minder vaak dat je met een technisch profiel later nog alle kanten op kunt.

 

Verschil jongens en meiden

Wat ook opvalt uit het onderzoek is dat het verschil tussen jongens en meiden nog steeds groot is. Docenten adviseren eerder een technisch profiel aan jongens dan aan meiden, net als de ouders. Dat heeft ook weer invloed op het zelfvertrouwen bij meiden. Als een leerlinge stimulans krijgt vanuit school, en misschien ouders heeft die ook technisch georiënteerd zijn, dan groeit het zelfvertrouwen dat ze een bètaprofiel wel aankan. Overigens vindt ongeveer een kwart van de leerlingen – van vmbo tot vwo – zelf nog altijd dat techniek meer iets is voor jongens dan voor meiden.

 

Invloed docenten en ouders

Uit het onderzoek blijkt ook dat de invloed van docenten op de keuze voor het wel of niet kiezen van een bètaprofiel groot is. Docenten ontmoedigen leerlingen in de onderbouw vaak al omdat ze vrezen voor een langzame leerling in hun klas in de bovenbouw. Mogelijk is dat een resultaat van de grote druk die er op docenten ligt. Maar het kan ook zijn dat ze zich niet helemaal bewust zijn van de impact die ze met dergelijke adviezen hebben. Ook de ouders hebben grote invloed op de pakketkeuze van hun kinderen. Ouders die ver van deze materie afstaan bieden geen stimulans. Of ze zien het gewoon niet als een optie voor hun kind. Dat geldt extra voor leerlingen met een culturele achtergrond. Deze leerlingen, van wie minstens één ouder in het buitenland is geboren, krijgen minder vaak een bètatechnisch vakkenpakket aangeraden van hun ouders of verzorgers en hebben ook minder vaak ouders met een technische baan.