Productief en spatvrij lassen met lage warmte-inbreng

Bij het robotiseren van een lasproces kunnen niet alleen de werkzaamheden door een robot overgenomen worden. In veel gevallen valt nog meer voordeel te behalen doordat bijvoorbeeld een robot hogere bewegingssnelheden (neersmeltsnelheden) aan kan dan een handlasser. Doordat de robot hogere neersmeltsnelheden aan kan, kunnen MIG/MAG-varianten worden toegepast die handmatig niet toepasbaar zijn. Tijdens een door Teqnow georganiseerde bijeenkomst op 16 februari a.s. worden de deze nieuwe MIG/MAG-varianten, met al hun voor- en nadelen in kaart gebracht.

MIG/MAG lassen bestaat al sinds het midden van de 20e eeuw en is de meest gebruikte lastechniek. Op veel plaatsen wordt nog steeds op dezelfde manier MIG/MAG gelast zoals handlassers dit in hun opleiding hebben geleerd. Inmiddels hebben vergaande technische ontwikkelingen ertoe geleid, dat er sinds ongeveer 2000 allerlei varianten van MIG/MAG lassen zijn ontwikkeld. Deze maken het mogelijk om dezelfde lassen in veel minder tijd, met minder warmte-inbreng en spatvrij te realiseren. Veel van deze nieuwe technieken kunnen echter, vanwege onder andere de hoge neersmeltsnelheden, alleen geautomatiseerd worden uitgevoerd.

Naast inzicht in deze nieuwe MIG/MAG-varianten worden 16 februari ook enkele praktische cases behandeld, waarbij het huidige lasproces met een of meerdere van deze nieuwe varianten zal worden vergeleken. Hierdoor krijgen de deelnemers aan de bijeenkomst het gevoel van welke MIG/MAG-variant wanneer effectief kan zijn.